donderdag 29 april 2010

In evenwicht met het regenwoud

Tijdens mijn reis in Brazilie, logeerden we steeds bij de lokale gemeenschappen die wonen op de oevers van de Rio Aripuana. Het zijn nazaten van de rubbertappers die hier in de jaren 50-70 neerstreken. Caboclo's worden ze genoemd. Ze wonen op de terra preta's van de indianen. Dit zijn de vruchtbare bodems die de indianen ooit maakten. Het is een dikke laag vruchtbare zwarte aarde. Over hoe de indianen deze zwarte aarde maakten ben ik een documentaire aan het maken.

De indianen zijn verdreven en de rubbertappers hebben hier een bestaan opgebouwd. Ze leven grotendeels in evenwicht met het regenwoud, halen er uit wat ze nodig hebben voor eigen gebruik. En soms wat meer om te verkopen, zoals de paranoten of vis.

Ik had de mogelijkheid om natuurlijke portretten te maken van de caboclo's en hun soms bijzondere ambachten.


- Joao - 63 jaar
20 kinderen, woont alleen op een terra preta langs de Rio Aripuana.
Jager, boer, diamantzoeker, goudzoeker, jaguarhunter in de jaren 70.

-Brandon - 72 jaar
25 kinderen, woont alleen langs de weg naar Novo Aripunas.
Verbouwd maniok op een stuk land waar hij een stukje regenwoud voor heeft moeten kappen.
Verzameld paranoten in het regenwoud.

-Antonio-
Woont met vrouw en kinderen in Novo Olinda.
Verbouwd maniok op de terra preta. Jaagt op zeekoeien hij op zeekoeien en schildpadden en vangt er zo'n 3 zeekoeien per jaar. Iedere zeekoe levert 40 liter olie waar ze het eten in bakken.

-Damien-
Woont samen met vrouw en 3 kinderen in Novo Olinda. Was rubbertapper en ook copaibeira. Hij verzamelde kopal olie uit de kopalboom. Deze boom die op enkele plekken voorkomt in het regenwoud heeft een net van aderen met olie in z'n stam zitten. De olie-tappers lopen eens per jaar hun ronde door het woud en tappen de olie af. Als de juiste ader gevonden wordt stroomt de boom leeg en dat levert zo'n 10 liter olie op. De boom gaat hier niet dood aan. De olie heeft een medicinale werking tegen darmontsteking.







zondag 11 april 2010

Afgestraft



Heftig gekrijs schalt door het kronendak. De doodshoofdaapjes springen van de ene naar de andere boom. Geritsel van bladeren, gekraak van takken en een hoop drukte. Een roofvogel? We hadden niets gezien. De groep was vredig van vruchtjes aan het eten terwijl wij; Marc van Roosmalen, ik, en 2 jongetjes uit Novo Olinda ze goed konden bekijken vanuit de kano. De igapo, het overstroomde bos, heeft eindelijk rijpe vruchten waar de apen op af komen. Deze groep van zo’n 30 dieren doen zich tegoed aan vruchten en insecten. Allerlei kleurrijke vogels, die ik al niet eens meer op naam probeer te brengen, hangen hier ook rond. Op jacht naar de insecten, die de vliegensvlugge grijpklauwtjes van de apen weten te ontlopen.

Terwijl in het dichte bladerdak het gekrijs aanhoudt begint de jongen op de boeg ook druk te gebaren en te schreeuwen. Hij wil iets van de jongen achterop, maar krijgt dat niet. Dan springt hij in het water en begint hard te zwemmen. De kans op een hongerige krokodil in dit deel van het bos neemt hij voor lief. Nu zie ik pas wat er aan de hand is; er is een aapje in het water gevallen die probeert te zwemmen naar de dichtstbijzijnde boom. Maar de jongen zwemt harder en pakt het aapje. Vol trots laat ie hem zien in de boot. Het is een jong wat van de rug van de moeder is gevallen. Hij bloedt in z’n nek. "waarschijnlijk gebeten door andere leden van de groep", aldus Marc. “Misschien pakte hij een insect die niet voor hem was. Ruzie komt vaak voor in dit soort groepen.”

De jongens willen het aapje houden, maar uiteindelijk weten we ze ervan te overtuigen dat het beter is als ie weer terug gaat naar z’n moeder. Ik maak nog een paar foto’s van het kleintje voor we hem weer op een tak zetten. Voor Marc maak ik foto’s van z’n koppie en z’n buik. De oortjes van de dooshoofdaapjes aan deze kant van de rivier zijn minder behaard dan normaal. Exemplaren van deze doodshoofdaapjes had hij nog niet van dichtbij gezien. De diversiteit aan apen in dit gebied en de rest van de Amazone is nog steeds een grote puzzel waar hij zijn levenswerk van heeft gemaakt.

Z’n moeder zit vlakbij en hoort de hoge alarmkreten van de kleine. Als we afstand nemen zien we hoe de kleine van kroon naar kroon steeds dichter bij z’n moeder komt. Even krijgen we nog een glimp te zien van moeder met kind. Dan is het weer rustig in het bos.